Snipper de sjalotten fijn.

Hak de verse peterselie fijn.

Verhit een klein beetje olijfolie of boter in een koekenpan op middelhoog vuur. Voeg de fijngesnipperde sjalotten toe en bak ze in 2-3 minuten glazig en lichtbruin. Haal de sjalotten uit de pan en laat ze kort afkoelen.

Doe het kipgehakt in een grote mengkom. Voeg het eigeel, de fijngehakte sjalotten, peterselie, tijm, en het paneermeel toe. Breng het mengsel op smaak met zout en peper.

Kneed het mengsel goed door elkaar tot alle ingrediënten goed gemengd zijn.

Vorm met je handen kleine balletjes van het gehaktmengsel, ongeveer ter grootte van een golfbal. Ik gebruik hiervoor een ijsschep, echt handig om altijd hetzelfde formaat te bekomen. Bewaar de balletjes afgesloten in de koelkast als je ze niet meteen gaat bakken.

Verhit een scheutje olijfolie of boter in een koekenpan op middelhoog vuur.

Leg de kipballetjes in de pan en bak ze rondom goudbruin, ongeveer 8-10 minuten, afhankelijk van de grootte.

Zorg ervoor dat ze door en door gaar zijn. Controleer dit door een balletje open te snijden; de binnenkant moet volledig wit zijn zonder roze.

Haal de balletjes uit de pan en serveer ze bijvoorbeeld met een salade, rijst, of pasta.